• Werkbezoek OCW

Werkbezoek OCW

Op dinsdag 5 oktober, de dag van de leraar, stond het werkbezoek van een beleidsmedewerker van het Ministerie Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) gepland.

De landelijke werkbezoeken in verschillende scholen – voor het eerst op het Markland College Zevenbergen – staan in het teken van het ophalen van allerlei informatie vanuit het werkveld. Ze zijn belangrijk om een goed beeld te krijgen van wat er op scholen speelt en in de school te zien wat de impact van vastgesteld beleid is. Deze informatie wordt vervolgens binnen het ministerie gebruikt als reflectie op de gang van zaken in het onderwijs van Nederland.

Het werkbezoek op het Markland College Zevenbergen stond vooral in het teken van ons beleid Nationaal Programma Onderwijs (NPO). Vandaar dat in de programmering van de dag rekening is gehouden met het betrekken van zoveel mogelijk actoren rondom ons NPO-programma. Kernvragen als: Wat is er in de opzet van het beleid goed en minder goed gegaan? Wat zijn de huidige knelpunten? Hoe heeft afstemming plaatsgevonden met stakeholders? Hoe vindt monitoring plaats van de opbrengsten? etc., kwamen aan bod tijdens het werkbezoek. Naast het agendapunt NPO zijn er ook andere onderwerpen aan bod gekomen, zoals de nieuwe bekostigingssystematiek voor het middelbaar onderwijs, de wetswijziging vrijwillige ouderbijdrage, het doorstroomrecht van leerlingen tussen verschillende afdelingen en het lerarentekort.

Het werkbezoek startte met een introductiegesprek tussen de medewerker OCW, het College van Bestuur en de rector van de school. Zowel de Stichting Markland College als onze school in Zevenbergen werden kort als organisatie gepresenteerd en toegelicht. Ook het beleidsplan Nationaal Programma Onderwijs voor het Markland College Zevenbergen werd overhandigd aan de medewerker. Na deze introductie en de koffiepauze stond een korte rondleiding door de school op het programma om vervolgens aan te sluiten bij een huisvestingsoverleg.

Na de middagpauze was het de beurt aan verschillende leerlingen van onze school en enkele medewerkers. Met leerlingen en medewerkers werd de dialoog gevoerd over het Nationaal Programma Onderwijs hier op school en hun ervaringen met het gehele plan. De totstandkoming van het plan, onze aanpak en inzet van interventies en de totale organisatie is goed door hun toegelicht. Ook knelpunten en nadere wensen zijn besproken. Een grote wens is om het ingezette Steunpunt GGZ te borgen in de organisatie en zelfs op bovenregionaal niveau, zodat nog meer leerlingen (niet alleen uit het voortgezet onderwijs) hier gebruik van kunnen maken. Gesprekken zullen daarover gevoerd gaan worden. Met één van onze decanen is gesproken over mogelijke achterstanden bij leerlingen die de overstap maken tussen verschillende afdelingen, bijvoorbeeld van mavo 4 naar havo 4. Ook voor leerlingen uit deze categorie zijn interventies vastgesteld.

Met onze coördinator NPO is gesproken over de manier waarop wij als school gekomen zijn tot onze keuzes uit de voorgeschotelde menukaart en op welke manier wij, in de verschillende afdelingen die gemoeid zijn met dit proces, deze tot uitvoering (willen) brengen. Uit onze volledige schoolscan (gebaseerd op metingen, enquêtes gericht aan ouder(s)/verzorger(s) en leerlingen, voortgangsdossiers leerlingen, feedback vanuit personeel, etc.) kwam duidelijk naar voren dat leerlingen voelen niet alleen op het gebied van vakken achterstand opgelopen te hebben en ondersteuning nodig hebben van zowel docenten als externe partners om deze vertraging in te lopen. Ze ervaren ook dat ze op sociaal en emotioneel gebied het gevoel hebben minder mogelijkheden te hebben gehad om met leeftijdsgenoten op te trekken, wat in deze leeftijdscategorie essentieel is voor de vorming tot jongvolwassene. Daar heeft de beleidsmedewerker OCW notie van genomen, welke hij mee terugneemt naar het ministerie.

De beleidsmedewerker OCW was daarnaast erg geïnteresseerd op welke manier onze school de interventies in het kader van NPO in de praktijk brengt, hoe deze bekostigd worden, op welke manier we contact onderhouden met stakeholders en op welke manier we flexibel zijn in de uitvoering van onze plannen en of er zaken zijn waarin we nu kunnen investeren zodat we deze kunnen verduurzamen binnen onze organisatie. Hieruit blijkt dat we een duidelijk plan hebben gecreëerd waarop we het jaar kunnen voortborduren, maar dit niet teveel in beton gegoten hebben, waardoor we bewegingsruimte hebben bij onvoorziene zaken of nieuwe inzichten. Het monitoren van de tussentijdse opbrengsten NPO is een item waar we ons nog goed over moeten buigen.

Samenvattend heeft dit werkbezoek voor onze school genoeg opgeleverd. Dank aan alle leerlingen en medewerkers om van dit gepland werkbezoek een geslaagde dag te maken!